Ik kreeg gisteren een prachtig compliment van een lieve collega, die ik héél hoog heb zitten. Ze zei: "jij voelt intuïtief aan wat kinderen nodig hebben, het is niet bedacht".
Ook ik ben opgegroeid in de wereld waarin cijfertjes uitdrukken hoe goed je in iets bent. Maar 'intuïtief weten wat kinderen nodig hebben', daar bestaat geen diploma voor.
Ik heb mij laten vormen door het beeld dat cijfers en diploma's het bewijs zijn of je geslaagd bent of niet. Maar ik BEN niet diegene met of zonder diploma. Ik ben wie ik ben, zonder wat de maatschappij daar aan toegevoegd heeft in de loop van mijn leven. Ik zie talenten bij kinderen en ouders. Ik zie de kracht van iemand. Maar als het over mijzelf gaat slaat onzekerheid en zelfkritiek snel toe. Toch slaat deze opmerking de spijker op 'eigenlijk weet ik het wel' zijn kop. Ik weet dat ik iets goed doe maar dat 'iets' laat zich niet vangen.
Als ik naar de afbeelding van de druppel kijk dan is het als volgt: dat wat boven het water oppervlak zichtbaar is, zien we allemaal . Ik lijk te 'zien' (het is niet zichtbaar) wat er onder het oppervlak gebeurd en probeer daar woorden aan te geven en/of naar te handelen.
Wanneer ik lekker in mijn vel zit kan ik open staan voor anderen zonder mezelf te verliezen. Ik zie, voel en merk dat iemand ergens mee zit. Thuis zeg ik vaak 'haal die ziel onder je arm vandaan' waarmee het gesprek geopend is. Hiermee laat ik horen dat ik de ander zie, ook met dat wat moeilijk is. Mijn valkuil is dat ik invul wat er speelt bij de ander. Natuurlijk weet ik dat vaak wel als het gaat om de lieve mensen met wie ik huis. Maar wanneer ik niet invul voor de ander kan ik beter luisteren naar wat de ánder denkt dat er speelt. Samen onderzoeken, fine tunen, wat er is. Bij (onze) kinderen is het vaak wel handig om te benoemen wat ik denk dat er speelt omdat zij steeds nieuwe ervaringen opdoen in het leven en voor deze ervaringen en bijbehorende gevoelens vaak nog geen taal hebben. Meestal werkt dit goed en is het 'raak'. Of het 'raak' is dat voel je. Ook in mijn werk voel ik of het klopt. Ik voel de sfeer in de ruimte, tussen mij en de ander, veranderen. Alsof er andere muziek afgespeeld wordt, alsof de muziek ineens stopt, alsof er een andere wind door de kamer waait. Er gebeurt 'iets'. Daar naar handelen vraagt soms wel om een portie moed en lef want ik kan er ook een keer naast zitten en ook dat mag er zijn.
Zonder mezelf te verliezen, schrijf ik hierboven. Dat is niet eenvoudig. Als ik opmerk dat er iets speelt bij iemand anders dan hoef ik daar niet persé iets mee. Het is van de ander. Als ik niet alert ben dan reageer ik zonder dat ik bij mezelf check of ik er iets mee kan of wil. Want iets aanvoelen maakt niet dat ik verplicht ben om er iets mee te doen. Door dit check moment kan ik beslissen of ik er op in ga en heb ik duidelijk dat het niet van mijzelf is maar van de ander.
Dus ja, het is een talent om aan te voelen wat kinderen (anderen) nodig hebben maar wat valt mij nu op als ik het bovenstaande terug lees....? Het gaat vooral over 'de ander'.... En zien wat een ander nodig heeft ...dat kan ik eigenlijk alleen als ik ook 'weet' wat ik nodig heb!
Wie goed voor zichzelf zorgt, is een geschenk voor de ander!